Eind vorig jaar kwam mijn ‘schildersvriendin’ langs om weer gezellig met mij en mijn dochters te schilderen. Om mijn onzekerheid te verbloemen, heb ik voorafgaand een goedkoop schildersdoek gekocht. Na een urenlange zoektocht op internet naar een onderwerp heb ik mijn doek voorbereid. Ik heb bewust een simpel onderwerp gekozen. Het moest iets met vleugels zijn, eenvoudig in kleur en makkelijk te schilderen. Door mijn lichamelijke onzichtbare beperkingen zocht ik naar een kwetsbaar, maar wel prachtig insect of vogel, die door zijn vleugels van zijn vrijheid kon genieten. Het moest geen gewoon, alledaags onderwerp worden. Na veel zoeken trof ik op een Japanse site een bijzondere, voor mij nog onbekende, maar wel erg tedere en kwetsbare vlinder aan.
Ik kopieerde snel de zonder copyright verschenen foto. Vervolgens plakte ik de Japanse tekst eronder in Google vertalen. ‘Glasvlinder’ – kreeg ik als vertaling terug. De vleugels leken erg transparant, het kon wel iets met glas te maken hebben, maar voor de zekerheid vroeg ik mijn man of hij de term glasvlinder kende. Na zijn bevestiging begon ik het haastig met dikke contouren op mijn canvas over te nemen.
Zodra ik de vlindervorm op mijn doek had wist ik dat ik die middag mezelf voldoende kon vermaken. Mijn vriendin arriveerde en ik begon trots te werken aan mijn schilderij. Met enige twijfel en onzekerheid pakte ik mijn kwast. Uit mijn ooghoek wierp ik af en toe een blik naar haar, hoe ze routinematig de kwast in de verf depte en hoe ze de verf met snelle bewegingen op het doek zette.
We praatten over van alles en nog wat, zoals wij dat vaker bij dit soort ontmoetingen doen. Ze vertelde over haar werk en dat ze graag op donderdagen een schildercursus wilde volgen. Ik treuzelde verder met mijn schilderij. Ik wist niet waar ik naar moest zoeken om een schaduweffect op het doek te krijgen.
Na enige tijd was ik op en ik merkte dat ik steeds meer praatte dan werkte. Inmiddels weet ik van mezelf dat ik, als ik te veel praat, oververmoeid ben door het te lang zitten. Mijn spieren verstijven door de stijgende zenuwpijn en ik kan me niet meer concentreren. We stopten met schilderen en zijn het eten gaan voorbereiden.
Ik bewonderde het schilderij en de schilderskwaliteiten van mijn vriendin en vroeg haar om naar mijn schilderij te kijken. ‘Het ziet er goed uit’ – zei ze, ‘maar je zou iets aan de dikke contourlijnen kunnen doen, iets subtieler maken.’ Ik keek twijfelend naar mijn doek en concludeerde dat ze helemaal gelijk had. ‘Ik zal het de volgende keer verbeteren.’ – gaf ik aan en we sloten onze middag met een lekkere zelfgemaakte pizza af.